Bundesländer zijn geen provincies

Bundesländer zijn geen provincies
Duitsland is een Bondsrepubliek (Bundesrepublik) met 16 deelstaten (Bundesländer). Deze deelstaten hebben allemaal een eigen parlement en een eigen regering: Baden-Württemberg, Beieren (Bayern), Berlijn (Berlin), Brandenburg, Bremen, Hamburg, Hessen, Mecklenburg-Vorpommern, Nedersaksen (Niedersachsen), Noordrijn-Westfalen (Nordrhein-Westfalen/ NRW), Rijnland-Palts (Rheinland-Pfalz), Saarland, Saksen (Sachsen), Saksen-Anhalt (Sachsen-Anhalt), Sleeswijk-Holstein (Schleswig-Holstein), Thüringen. Deze Bondslanden hebben stuk voor stuk een eigen karakter en verschillen behoorlijk van elkaar als het gaat om oppervlakte en inwoners.

Veel Nederlanders hebben de neiging Bundesländer met Nederlandse provincies te vergelijken. Maar dat is niet helemaal juist. Ten eerste zijn Bundesländer veel groter dan provincies in Nederland, sommige deelstaten zijn zelfs ongeveer zo groot als Nederland. Ten tweede hebben de Duitse deelstaten veel meer soevereiniteit dan Nederlandse provincies en bovendien hebben zij veel meer geld, dus kunnen zij zelf meer bepalen. Dit leidt op sommige punten tot grote verschillen tussen de verschillende landen binnen Duitsland. De grootste verschillen tussen deze deelstaten zijn te vinden in het Duitse onderwijs: elke deelstaat mag dit zelf organiseren. Het gevolg hiervan zijn grote niveauverschillen. Dit blijkt uit diverse (internationale) studies. Zo staat het onderwijs in Bayern en Baden-Württemberg binnen Duitsland het best bekend. Maar ook de nieuwe Bondslanden Sachsen en Thüringen doen het bijzonder goed. Op technisch gebied scoren deze landen het hoogst van Duitsland. In de deelstaten Bremen, Hamburg, Berlijn is het onderwijs het slechtst. Maar ook het aan Nederland grenzende Nordrhein-Westfalen doet het niet bijzonder goed.